Rijksoverheid

LMS

Wat is de aanleiding voor de vernieuwing van C2000?
Het huidige C2000 netwerk wordt inmiddels meer dan 13 jaar gebruikt door o.a. de politie, brandweer, ambulancediensten en enkele onderdelen van het ministerie van defensie, waaronder de Koninklijke Marechaussee. Nederland was hiermee het eerste land met een landelijk dekkend multidisciplinair communicatienetwerk. Het bestaande netwerk is aan het einde van de technische levensduur. Volgens Europees aanbestedingsrecht moet de vernieuwing worden aanbesteed. Om ongestoorde communicatie voor de 85.000 gebruikers van het netwerk te kunnen blijven garanderen is daarom in 2012 door de minister van Veiligheid & Justitie (V&J) besloten de vernieuwing van het netwerk aan te besteden.

Wat ging vooraf?
Voor de aanbesteding is in samenwerking met gebruikers en beheerders een functioneel programma van eisen opgesteld op basis van de jarenlange ervaring met de technologie, inrichting en gebruik van het huidige communicatienetwerk. In een concurrentiegerichte dialoog met verschillende leveranciers is gevraagd naar een ‘turn-key oplossing’ waarbij de functionele eisen zijn vastgelegd (de ‘wat’vraag) en waarbij de leveranciers op basis van hun expertise de precieze invulling bepalen (de ‘hoe’vraag).

Leveranciers
De opdracht voor de vernieuwing is in 2015 gegund aan drie nieuwe leveranciers. Het spraaknetwerk tussen meldkamers en hulpverleners: T2000 is gegund aan Hytera Mobilfunk GmbH. Het pagingnetwerk voor de alarmering: P2000 is gegund aan 2WAY B.V. en de radiobediening voor de meldkamer, is gegund aan Eurofunk Kappacher GmbH. Laatstgenoemde is tevens verantwoordelijk voor de systeemintegratie.Het programma wordt bijgestaan door Valori als onafhankelijke testinstantie.

Eigendom
Het systeem zelf blijft eigendom van het ministerie van Veiligheid en Justitie en er is een programma ingesteld met als doelstelling: Het opleveren van een werkend C2000 systeem, bestaande uit radiobediening ( RABS), TETRA netwerk (T2000) en paging netwerk (P2000), waar de meldkamer en de radiogebruikers mee kunnen werken, en dat gekoppeld is aan GMS en de overige huidige gekoppelde systemen.

Wat is de rol van de huidige leveranciers?
KPN, Koning & Hartman en Motorola zijn als leveranciers van het huidige C2000 netwerk verantwoordelijk voor de werking van het huidige netwerk tot het moment dat het nieuwe C2000 netwerk formeel en volledig in gebruik is genomen.

Wat levert het op?
Na oplevering in 2017 heeft Nederland de beschikking over een state of the art, toekomstbestendig en kwalitatief hoogwaardig communicatienetwerk waar de 85.000 hulpverleners op kunnen vertrouwen. In tegenstelling tot het huidige decentraal georganiseerde C2000 is het vernieuwde C2000 een centraal systeem op twee gespiegelde locaties. Dit heeft voordelen op het gebied van gebruik en beheer. De kosten (gemeten over de gehele gebruiksperiode) zijn significant lager en het gebruik is flexibeler.

Bij de vernieuwing is aandacht voor belangrijke verbeterpunten. Hieronder vallen extra capaciteit bij rampen en grootschalige evenementen, verbeterde dekking buitenshuis (door het oplossen van gemelde dekkingsinssues uit de DIPP lijst 2014), free seating op de meldkamer en de mogelijkheid tot encryptie en terugmelding van alarmering. Geïntegreerde radio- en alarmeringsbediening.

Wat is er nieuw?
Het huidige netwerk is aan het einde gekomen van de technische levensduur. Dit betekent dat de kans op storingen en uitval toeneemt tot een onacceptabel niveau. Van het huidige netwerk blijven feitelijk slechts de fysieke mastconstructies over. Alle apparatuur, bekabeling en software worden vernieuwd.

Hoe is het programma opgebouwd?
De migratie naar het vernieuwde C2000 is opgedeeld in vier deelprojecten:

· T2000 – oplevering van het spraaknetwerk

· P2000 – oplevering van het pagingnetwerk

· RABS – oplevering van een centraal radiobediensysteem

· Implementatie meldkamers – ontsluiting van C2000, P2000 en RABS op de meldkamerlocaties

De deelprojecten kennen een aantal fases:

· De ontwerpfase: Aan het einde van deze fase worden alle ontwerpplannen van de vier deelprojecten opgeleverd.

· De bouw en testfase duurt tot begin 2017, alle producten worden volgens de ontwerpplannen gebouwd en getest.

· De migratiefase: alle activiteiten die leiden tot de overgang naar het nieuwe netwerk, inclusief opleidingen van centralisten en beheerders

· De acceptatiefase, hierin worden de opgeleverde en geteste producten geaccepteerd, het netwerk kan hierna in gebruik worden genomen.

· De nazorgfase, dit omvat onder andere de ontmanteling van de componenten van het oude C2000 netwerk.

Wat verandert er voor de hulpverlener op straat?
De hulpverlener op straat zal na de migratie gebruik kunnen maken van het nieuwe netwerk met de huidige (moderne) portofoons en mobilofoons. Verouderde randapparatuur moet versneld worden vervangen.

Wat verandert er voor de meldkamer?
Het radiobediensysteem wordt vernieuwd en zal ook een alarmeringsfunctionaliteit voor P2000 hebben. Veiligheidsregio’s kunnen zelf beslissen of zijn gebruik gaan maken van de nieuwe functies: terugmelding en encryptie. De gebruikersinterface wordt in samenwerking met de gebruikers uitgewerkt. Centralisten worden opgeleid volgens de methodiek van de kerninstructeurs. De koppeling met GMS blijft bestaan. Op de meldkamer krijgen de meldtafels een zogenaamde AEPL, een audiobox waarop microfoon, headset en bedienpedalen / toetsen kunnen worden aangesloten. De centralist kan in het RABS inloggen met het eigen profiel. Een centralist is voor C2000 niet gebonden aan een tafel of zelfs aan een locatie.

Hoe wordt het nieuwe netwerk beheerd?
Het nieuwe netwerk wordt tot de oplevering beheerd door de leveranciers onder regie van het programma IVC, hierna wordt het beheer overgedragen aan de bestaande beheersorganisatie van C2000. Een centraal systeem wordt gekenmerkt door een ander type beheer. Een groot deel van de C2000-apparatuur op bijvoorbeeld de meldkamers zal bij het vernieuwde netwerk niet meer nodig zijn. De taken, functies en rollen voor beheerders worden bepaald door het Meldkamer Dienstencentrum in afstemming met het ministerie van VenJ als strategisch beheerder. Er komt een nieuwe leverancier voor het uitvoeren van het onderhoud aan C2000. Hiervoor is begin 2017 Koning & Hartman geselecteerd in een separate aanbesteding.

Hoe past dit in de organisatieveranderingen en transities?
De organisaties die gebruik maken van C2000 zijn zonder uitzondering in verandering en transitie. De vorming van de Nationale Politie, de transitie naar de Landelijke Meldkamerorganisatie en de overgang van districtsgebonden naar informatiegestuurd optreden bij de Koninklijke Marechaussee zijn transities waar iedere hulpverlener in Nederland mee te maken heeft of krijgt. Het vernieuwde C2000 wordt zo ingericht dat de grote organisatieveranderingen kunnen worden ondersteund.

Governancestructuur
Het programma IVC werkt onder aansturing van de ministerie van VenJ als voorzitter van zowel de stuurgroep IVC als de bestuurlijke regiegroep IVC. In beide groepen zijn de kolommen politie, brandweer, ambulancediensten en defensie vertegenwoordigd, de bijzondere gebruikers zijn vertegenwoordigd door het meldkamerdienstencentrum. Op operationeel niveau werkt het programma met gebruikerscoordinatoren die het schakelpunt vormen met de verschillende kolommen.

Waar staan we nu? ( april 2017 )
Momenteel is de bouw- en testfase volop aan de gang met alle uitdagingen van dien. De kolommen zorgen voor juist geprogrammeerde portofoons en mobilofoons en schaffen soms nieuwe apparatuur aan. In de meldkamers worden alle nieuwe apparaten geïnstalleerd op de meldtafels en alle benodigde gegevens worden opgehaald zodat ze kunnen worden gebruikt voor inrichting van het nieuwe netwerk. De leveranciers zijn bezig met de systeemontwikkeling en het integreren van de verschillende onderdelen, het netwerk moet immers bediend kunnen worden vanuit het meldkamerbediensysteem. In het hele land worden de ca. 600 opstelpunten omgebouwd en wordt apparatuur bijgeplaatst voor het nieuwe spraak- en pagingnetwerk. Inmiddels is ook het deeltraject Migratie gestart om de voorbereidingen voor de feitelijke overgang van oud naar nieuw vorm te geven.

Al deze deeltrajecten worden onder hoge tijdsdruk uitgevoerd terwijl er geen enkele concessie aan kwaliteit kan worden gedaan. Deze deeltrajecten hebben onderlinge afhankelijkheden en dat maakt het extra complex.